Publicaties

Ik ben zo vrolijk als een parkiet: BB gedicht over je eigen karakter


‘Ik ben zo vrolijk als een parkiet’: over je karakter. Vergelijkingen
Werkvorm Gedicht Schrijven Bovenbouw .
Duur: 1 les van plm. 1.5 uur

Ik ben soms zo eigenwijs
als een kat die buiten in de regen wacht
zo melig als een lachende hyena
en soms zo serieus als een vogel
die zijn ei bewaakt.

Ik ben zo lief als een konijntje
dat een worteltje eet
zo mooi als een pauw
met zijn prachtige veren
zo slim als een uil die
door de nacht kijkt
en dit gedicht sluit.               

Merlijn , Emmaschool Steenwijk, groep 7.


Voorbereiding
Lees samen een of meer gedichten over dit thema.
Inventariseer met de klas op het (digi)bord vier rijtjes. Niet uitputtend, maar als mogelijkheden.
  1. eigenschappen/ stemmingen; daarna 2 of 3 van de volgende
  2. voorwerpen
  3. dieren
  4. landschappen
  5. weersoorten
Tot het hele bord vol staat.

Verzamelen, los schrijven
Schrijf eerst een paar eigenschappen/stemmingen op die echt bij jou horen (vind je zelf; je mag overleggen).
In je gedicht ga je een stemming of eigenschap telkens vergelijken met iets uit de andere rijtjes.
Bv. ik ben zo somber als een mol
Mijn aandacht lijkt op een vergiet
Ik ben net een gebergte met toppen en dalen

Kladversie
Schrijf eerst een strofe van 4 of 6 regels over één stemming of eigenschap. Vertel hoe die ruikt, klinkt, voelt, beweegt, welke kleur ie heeft; heel concreet.
In het vervolg/de volgende strofe ga je ofwel naar een volgende kenmerk van jou, of je werkt die eerste nog verder uit. Gebruik beelden, leg niks uit!
Soms komt er ook een opsomming uit van heel veel eigenschappen en geen enkele uitwerking. Kan ook mooi zijn.

Afmaken gedicht, van klad naar net ( ‘nakijkhulp’)
‘Je gaat nu eerst zelf verbeteren; daarna leest een klasgenoot of de leerkracht ook nog eens met je mee’.
Je kunt bv. lln. de gedichten eerst onderling laten bespreken: klopt het zoals jij jezelf beschrijft?  ‘Kan het gedicht nog sterker? Let op/maak sterker/verander:

Inhoud
  • is de volgorde van de regels goed zo, of wordt het sterker als je nog wat schuift?
  • ‘Filmpje’: ruik je, proef je, voel je, hoor je, zie je?
  • soms wordt er iets verteld ’tussen de regels door’: het staat er niet letterlijk, maar je voelt wat er bedoeld wordt. Dit heet ‘suggestief schrijven’.
    Leg je niet teveel uit?
  • Misschien een mooie vergelijking, die ook klopt?
Vorm
  • Heb je mooie korte regels, ook goed afgebroken?
  • Zijn het coupletten?
  • Rijm: geen rijmziekte? Misschien wél 1 of 2x beginrijm? Of middenrijm? Of zijn er woorden of hele zinnen die je herhaalt?
  • Ritme: ‘loopt’ het goed, als je het voorleest of als je de woorden loopt?
    Past het ritme bij de inhoud bv. traag of huppelend?
  • Heeft het gedicht een titel nodig? Welke?
Presenteren
Na een voorleesronde zou je hier met de klas een bundel van kunnen maken:
een  klasse-portret.

© www.detalentuin.nl
uit:  ‘Leerlijn gedichten en verhalen in de stellessen’
TalenTuin/Rijnbrink 2016
 
 
Share our website

Quicklinks